Hoe het werkt: nieuwe voeding introduceren bij uw kat
Hebt u een kitten dat er klaar voor is om te eten wat een volwassen kat eet? Of een volwassen kat die al wat ouder wordt? Misschien hebt u een nieuwe kat geadopteerd en wilt u haar andere voeding geven dan ze gewend is. Weigert uw kat het eten dat ze krijgt en lijkt ze iets anders te willen? Of heeft uw dierenarts in verband met de gezondheid van uw kat een ander voedingspatroon aanbevolen? Wat de reden ook is, soms moet u overstappen naar andere kattenvoeding.
De overgang naar nieuwe kattenvoeding kan een hele uitdaging zijn, maar als u zich aan een paar regels houdt zal uw kat snel gewend zijn aan haar nieuwe voeding.
Maar voordat we hierop ingaan, zullen we bekijken welke voeding het beste aansluit aan de behoeften van uw in de verschillende levensfasen.
De juiste voeding voor uw kat
Uw kat is een echte carnivoor met unieke behoeften en eisen wat betreft haar voeding.
En of het nu om een kitten gaat of om een oude lobbes, ze heeft complete en uitgebalanceerde voeding nodig die haar voldoende energie, eiwitten, mineralen en vitamines geeft om lang gezond en actief te blijven.
Kittens (jonger dan een jaar) groeien heel snel en hebben meer calorieën en noodzakelijke voedingsstoffen nodig dan een volwassen kat. Ze hebben een heel gevoelig spijsverteringsstelsel en een immuunsysteem dat volop in ontwikkeling is. Daarom is het voor een kitten belangrijk om kattenvoeding te kiezen die speciaal is samengesteld voor deze periode van haar leven.
Volwassen katten (ouder dan een jaar) die niet zwanger zijn of kittens zogen, zitten in de zogenaamde onderhoudsfase. Een kat van deze leeftijd heeft hoogwaardig uitgebalanceerde voeding nodig die gericht is op het behoud van haar fysieke en mentale activiteit. Bovendien lijkt de levensstijl van katten nu meer op die van mensen: verstedelijkt, sedentair. De helft van alle volwassen katten komt tegenwoordig nauwelijks meer buiten. Daarom moet de kattenvoeding worden aangepast aan hun nieuwe, rustige levensstijl.
Gesteriliseerde en gecastreerde katten zijn vaak minder actief en hebben meer belangstelling voor eten. Het is daarom belangrijk om ervoor te zorgen dat ze niet te dik worden, zeker in de eerste 18 weken na de behandeling. Tijdens deze periode zal het gewicht van uw kat toenemen – soms zonder dat u het merkt. Let extra goed op vanaf het moment dat uw kat thuis komt na de sterilisatie of castratie: weeg uw kat regelmatig en houd goed in de gaten dat ze een normaal gewicht houdt. U kunt hierbij gebruikmaken van de beoordelingscriteria die zijn vastgesteld door het WALTHAM Centre for Pet Nutrition voor het meten en wegen van uw huisdier. En denk erom, voeding die speciaal is samengesteld voor gesteriliseerde of gecastreerde katten helpt bij het in stand houden van een goed gewicht.
Zwangere, zogende, spenende en senior (ouder dan 7 jaar) hebben ook allemaal specifieke voedingseisen.
Studies tonen aan dat senior katten minder energie nodig hebben dan jongere katten, dus over het algemeen hoeft hun voedingspatroon minder calorierijk te zijn. Het is daarom belangrijk om het gewicht van uw senior kat in de gaten te blijven houden, omdat ze minder actief zal worden. Als u haar nog steeds evenveel voeding geeft, zal ze dikker worden en kan ze ook diabetes krijgen.
Bespreek met uw dierenarts welke voeding u het best kunt geven. Hij of zij kan u adviseren over het juiste voedingspatroon voor de levensfase van uw kat, waarbij hij of zij ook andere belangrijke factoren in overweging neemt, zoals hoe actief ze is.
Welke voeding u ook aan uw kat wilt geven, het is belangrijk dat u de aanbevelingen van de fabrikant volgt. Hun instructies helpen u bij het bepalen van de juiste hoeveelheid voeding voor uw kat.
En ten slotte is ook smaak belangrijk! Uw kat moet de voeding die u haar geeft ook lekker vinden. Voeding die niet wordt gegeten, heeft geen voedingswaarde.